Ja, mijn fiets moest het ontgelden de afgelopen twee weken. Alleen deze keer was het echt alleen maar mijn schuld. Na een bespreking in het Utrechtse, teruglopend naar de Prins Hendrikkade (Amsterdam), voor het Barbizon Palace Hotel, probeer ik mijn trouwe vervoerder al te spotten van afstand. Helaas, zonder succes.
Grappig wat er dan gebeurt: ik heb al gezien dat mijn fiets er niet meer staat maar ik ontken het gewoon met mijn gedachten en ga een kwartier heen en weer lopen langs alle rekken. Alsof degene die hem heeft weggehaald, het ding met sloten en al, ergens tussen de massa’s fietsen in een rek zal wurmen. Waar helemaal geen plek is, de reden dat ik mijn fiets üperhaupt buiten de rekken had geplaatst.
Een goed kwartier later dus, besloot ik dat mijn fiets echt weg was en ben gaan lopen. Inmiddels raak ik steeds bedrevener in het niet blijven hangen in: “had ik mijn fiets nu gehad, dan was ik inmiddels al thuis geweest…” enzovoort en zo verder. Nee, lekker lopend, genietend van de late zonnestralen, vallen me ineens weer allemaal dingen op: een nieuw Italiaans eettentje dat er heel goed uitziet (wauw, onthouden!), een leuke kledingboetiek (ja, ook nog naartoe) en vooral: heel veel fietsenhandeltjes (nooit gezien) die natuurlijk ook 2e hands fietsen verkopen, opgeknapt en wel. Ik bezoek ze allemaal. En informeer naar hun prijzen. Ach, misschien moet ik gewoon maar meteen eentje kopen.
Maar ergens staat me bij dat mijn fiets niet weg is. Weg in de zin van gejat en doorverkocht. Nee, de gemeente handhaaft (naast dat ze veel gedoogt). En ze handhaven onder andere de regel dat fietsen in Amsterdam niet buiten rekken of vakken ‘geparkeerd’ mogen worden. Vandaar dat grote fietshotel aan de westzijde van het Centraal Station. Daar word ik claustrofobisch van. Dus daar sta ik nooit. Ik ontduik de regels en vaar wel bij gedogen.
Thuisgekomen kom ik er achter dat er inderdaad een fietsdepot bestaat in het Westelijk Havengebied van Amsterdam. Als je een zo nauwkeurig mogelijke beschrijving geeft van je fiets, dan zoeken ze dat op in hun database. Is er een match, dan mag je je fiets voor een tientje weer komen halen.
De volgende ochtend bel ik op: de mijnheer die me te woord staat is heel aardig. Hij tikt mijn beschrijving in en is bijna net zo enthousiast als ik: mijn fiets is gevonden! Het begin van een voortreffelijke service.
Ik weet dat in deze tijd persoonlijke groei veelal wordt gekoppeld aan loslaten, aan ont-materialiseren maar ik ben toevallig zielsgelukkig dat mijn heerlijke fiets weer terecht is. Ik kan me erg hechten aan spullen. Is dat ‘old school’? Je zou het ook gewoon duurzaam kunnen noemen. Ik pas er goed op en spullen gaan ja-ren-lang mee.
Helemaal gelukkig kom ik aan bij het fietsdepot. Makkelijk te vinden: heldere website en bewegwijzering, de service goes on…
Ik kom binnen in het kantoortje: aardige mensen die groeten en meteen gaan helpen. De mijnheer achter de balie herkent me nog van de telefoon. Heerlijk om als klant (h)erkent te worden! Een ‘mannetje’ met een niet-balie-functie (heldere taakverdeling bij de gemeente!) loopt mee naar mijn fiets. Alle ‘opgepakte’ fietsen worden pijlsnijl in de database gezet en gerubriceerd in vakken op alfabet. #Efficiëncy
“Hoeveel fietsen staan hier nou?”, vraag ik. Het mannetje lacht: “Tussen de 8 en 15-duizend,” zegt hij in plat Amsterdams. “De drukte komt altijd in golven.”
Ja, dat denk ik ook wel, want de handhavings-acties van de gemeente gaan volgens mij ook in golven. Maar dat zeg ik niet.
“Maar waarom halen mensen hun fiets niet op?”, vraag ik weer. “Ach mevrouwtje, een fiets is een wegwerpartikel. Je koopt er een voor 75,- euro en ga maar na wat zo’n moderne mobiele telefoon kost. Wat is nou nog 75,- euro? Studenten hebben soms wel vijf fietsen staan op verschillende plekken in de stad. De stad slibt gewoon dicht met fietsen.”
Ik herinner me dat ik ook al bijna meteen een andere fiets had gekocht. Wat een verspilling. Wat niet wordt teruggehaald, wordt deels geveild. Een groot deel gaat naar sociale werkvoorzieningsprojecten, waar fietsen weer worden opgelapt. Dat brengt iets op. Maar per weggehaalde fiets, kost het de gemeente ca. 90,- euro, zo laat ik me voorlichten. Hmm, ik voel me betrapt.
De service gaat door: na betaling van mijn tientje, krijg ik een keurige uitdraai met alle kenmerken van mijn fiets. Makkelijk, zegt de balie-man, voor als je fiets gestolen wordt, dan kun je dit doorgeven en heb je veel meer kans dat hij terugkomt. Ik krijg er zelfs een handig creditcard-formaat kaartje bij, voor in mijn portemonnaie, waar ik alles kort en bondig op kan invullen. Heb ik het altijd bij de hand. De man en het mannetje wensen me een fijne dag. Geen woord over mijn slordigheid. Hun vriendelijkheid en uitleg hebben op mij veel meer effect. Ja, ik zal mijn leven beteren en mijn fiets neerzetten waar hij hoort en niet stoort.
Pieter zegt
Leuk om een positieve ervaring terug te lezen. Het verwijderen van fietsen is geen populaire activiteit van de gemeente. Het teruggeven van deze fietsen is dat daarentegen wel!
Dank voor het delen.
Pieter Berkhout
Bedrijfsleider Fietsdepot Amsterdam
Nynke zegt
Dag Pieter, dank je wel. Wat leuk dat juist jij, vanuit jouw functie reageert. Kan me goed voorstellen hoe het vaak dweilen met de kraan open zal voelen. Maar goed, alle kleine beetjes helpen, waaronder mijn ervaring. Niets doen is het ook niet, denk ik. Groet, Nynke