Typ dit zinnetje eens in op Google en je krijgt ca 12,5 duizend zoekresultaten.
Hoe lang is het geleden dat dit echt een populaire uitspraak werd? Misschien wel zolang begeleidingsvormen als coaching in zwang zijn geraakt. Inmiddels is voelen een geaccepteerd ‘argument’ geworden. Een ijkpunt voor zo’n brede acceptatie vind ik het moment dat de mainstream media het oppikken. En politici, (vakbonds-)bestuurders en ondernemersbazen, die ook het vaakst in die media opduiken, zo’n uitspraak in de mond nemen. Meestal lopen zij toch iets achter op wat allang in gebruik is geraakt in de ‘wandelgangen’ zoals vandaag de dag de virtuele wandelgangen van de sociale media.
Wat zegt deze uitspraak nou eigenlijk? Dat hetgeen niet goed voelt ook niet goed is om te doen? Jodium op een wond voelt meestal ook niet goed omdat het prikt. En je gebit laten reinigen bij de mondhygiënist is al even onaangenaam maar is af en toe wel verstandig, zegt mijn tandarts en dat beaam ik inmiddels. Dus de uitspraak ‘het voelt niet goed’ inzetten als kompas voor het leven is zo eenvoudig nog niet.
En waar de effecten van jodium en mondhygiëne nog wetenschappelijk hard zijn te maken, wordt het lastiger wanneer ik ‘voelen’ als kompas inzet om te duiden wat ik wil (of juist niet) op het gebied van persoonlijke groei en menselijke interactie. Zoals in een aantal workshops en trainingen, waarin ik sterke tegenzin waarnam bij mezelf. Iets voelde absoluut niet goed maar wist ik daarmee ook werkelijk dat die training of workshop niet goed voor me was?
De trainer of begeleider was in de meeste gevallen overtuigd van het tegendeel: “groeien is nooit leuk” en een zeer populaire: “je moet uit je comfort zone”, of om met onze politici te spreken: “eerst het zuur en dan het zoet”. Tja, wat doe je dan? In eerste instantie ging ik dan altijd maar door, het advies opvolgend dat even door de zure appel heen bijten me absoluut veel zou brengen. Maar heel vaak kwam ik op een punt waarbij ik weliswaar mijn gevoel nog steeds niet nader kon onderbouwen maar zo zeker was van mijn zaak, dat ik mijn eigen plan trok en actie ondernam. Dan begon ik grenzen te stellen, dingen te weigeren en vertrok in het ‘ergste’ geval. Meestal uitgeleide gedaan door : “Tja, jouw keuze maar je komt jezelf altijd weer tegen…”, wat natuurlijk waar is, gelukkig.
Eerlijk is eerlijk: ik kan ook een heel aantal voorbeelden te noemen waarbij dat vage ‘het voelt niet goed…’ me inderdaad in een fase heeft gebracht waarin ik me door de confrontatie bewust ben geworden van iets dat ik te leren had om verder komen in mijn ontwikkeling. Waarom liep ik daar niet weg? Wat maakte het verschil?
Terugkijkend kom ik tot een aantal conclusies. Ten eerste de conclusie dat het wel degelijk opgaat dat ik veel kan leren door dingen te doen die niet meteen in mijn dagelijkse routine zitten en dus oncomfortabel aan’voelen’.
Ook kom ik tot de conclusie dat ik het belangrijk vind dat ik hierover in gesprek kan zijn met een trainer, coach of leidinggevende op dat moment, zonder opgelegd te krijgen dat iets nou eenmaal zo is. Ik wil vragen kunnen stellen. En ik wil antwoorden die uitleg geven. Niet vanuit het ego van de trainer (“ik ben hier de trainer dus ik heb de wijsheid in pacht”) maar vanuit ervaren levenswijsheid. Levenswijsheid zelf is de leraar van het leven, de mens als trainer of coach is de boodschapper die dat doorgeeft en die, als het goed is, zelf net zo veel leert door continue ervaring. Althans dat is mijn visie. Ik wil een respectvolle relatie met mijn ‘boodschappers’, waardoor ik me op een veilige manier niet goed kan voelen.
Nog een andere conclusie die ik trek is dat ik vierkant achter mezelf wil blijven staan wanneer ik mijn grens trek en een ongemakkelijke situatie niet verder wil onderzoeken. Ook al kan ik ervan leren.
Want respect hebben voor dat stemmetje in mij dat zegt: “Hé, hoor me en ontken me niet.”, is voor mij fundamenteel. Waarschijnlijk kom ik er dan op een later moment wel achter wat er niet klopte voor mij. En wellicht ook dat ik niet weg had hoeven gaan. Maar dan ben ik op dat moment wel trouw gebleven aan mezelf en daarmee aan de enige die mijn hele leven bij me is. Daar kan ik niet omheen.
Alle wegen leiden naar Rome, is mijn laatste conclusie. Ook de zogenaamd ‘verkeerde’ keuzes die ik maak. Linksom of rechtsom leer ik mijn lessen. En dan geef ik toch de voorkeur aan die keuzes waarbij ik aan mezelf kan verantwoorden dat ik ze maakte en, soms na enige tijd, ook waarom. Die verantwoordelijkheid voor mijn leven, geef ik niet graag uit handen.
Geef een reactie